
De afgelopen week is er behoorlijk wat ophef geweest over het besluit van een Franse uitgever om tijdelijk geen nieuwe manuscripten meer aan te nemen. Niet alleen de Volkskrant berichtte hierover, maar het was zelfs een item op Nieuwsuur van de NOS. Ook op verschillende schrijf- en selfpubgroepen op Facebook was er veel discussie of de manuscriptenstop gerechtvaardigd was.
Eigenlijk vond ik het nieuws over het niet meer aannemen van manuscripten niet zo heel interessant. Wat wel mijn aandacht trok waren de reacties uit de verschillende ‘kampen’ die het nieuws uitlokten.
Zo kreeg ik via het Volkskrant artikel en het Nieuwsuur item niet alleen een kijkje in de keuken van de traditionele uitgeefwereld. Het was vooral weer eens een eye-opener over hoe ver we in Nederland en België nog hebben te gaan als het gaat om het nieuwe uitgeven en de manier waarop wordt gekeken naar schrijvers. En dan vooral naar die schrijvers die besluiten hun eigen boeken uit te geven.
Moet alles per se literair zijn?
Het Volkskrant artikel werd geschreven door Willem Bisseling, een literaire agent. Hij is het helemaal eens met de manuscriptenstop. Zijn agentschap krijgt jaarlijks zo’n 1000 manuscripten, maar volgens eigen zeggen heeft hij in 20 jaar tijd hooguit vijf ervan kunnen onderbrengen bij uitgeverijen. De kwaliteit van de manuscripten die hij binnenkrijgt is belabberd.
“Het lijkt wel of iedereen die ooit het alfabet heeft geleerd een roman denkt te kunnen schrijven en daar zo tevreden over is dat hij vindt dat het wel een plek verdient in de boekhandel.”
Nu weet ik dat Bisseling het over het schrijven van literatuur heeft. Het is echter wel erg jammer dat alle schrijvers met zijn statement over een kam worden geschoren. Want waarom zou alles per se literatuur moeten zijn? En als iets niet literair is, is het dan meteen slecht? Kun je wel concluderen dat niet-literaire schrijvers hun vak niet goed willen leren?
Schrijven is een vak dat je kunt leren, literair of niet!
Bisseling heeft een duidelijke mening over het schrijversvak.
“Het lijkt of er de laatste jaren een steeds grotere minachting is voor het werk van uitgevers en agenten én voor het ambacht van schrijven. Want dat is het, een ambacht. Goed schrijven kost jaren van training, verdieping en toewijding.”
Hij heeft helemaal gelijk. Goed leren schrijven kost jaren van training, verdieping en toewijding. Ben ik helemaal met hem eens. Maar dat wil niet zeggen dat een niet-literaire schrijver dit niet doet. Ik ken selfpubbers die keihard werken om het schrijversvak te leren. Ze nemen schrijfcoaches en redacteuren in de arm om hun verhalen naar een hoger niveau te tillen voordat ze deze uitgeven.
Bisseling lijkt dat echter niet te weten, want zijn ideeën over het leren van het schrijversvak zijn heel traditioneel.
“Als je echt wilt worden gepubliceerd, zorg je voor een netwerk in het literaire landschap. Via literaire lezingen, schrijfopleidingen en -wedstrijden verdiep je je in het vak. En door heel veel (goede) boeken te lezen, zie je dat schrijven meer behelst dan een verhaaltje vertellen. Een echte schrijver beoefent een vak en is kritisch over zijn werk. Pas als hij tevreden is, zal hij zijn manuscript sturen naar een uitgeverij of agent, waarvan hij er tegen die tijd waarschijnlijk al een aantal kent, juist omdat hij zich heeft verdiept.”
Dit stuit mij serieus tegen de borst, want het impliceert dat niet-literaire schrijvers en selfpubbers maar wat aan het klungelen zijn. En dat is domweg niet waar.
Kwaliteit van zelf uitgeven boeken wordt al jaren over gediscussieerd
Nu staat de kwaliteit van het schrijven, vooral die van zelf uitgegeven boeken, al jaren ter discussie. En terecht, want er worden ook een groot aantal slechte boeken uitgegeven op Bol.com.
Er is echter ook al een lange tijd een movement gaande om schrijvers het nut te laten inzien van scholing en het in de arm nemen van redacteuren en vormgevers. De kwaliteit van zelf uitgegeven boeken is daar wereldwijd wel degelijk beter van geworden. Zo goed zelfs dat lezers vaak het verschil niet meer kunnen zien tussen een traditioneel uitgegeven boek en een zelf uitgegeven boek. Zelfs literatuur wordt tegenwoordig zelf uitgegeven.
Misschien is dat wel waar Bisseling zo bang voor is. Dat zijn agentschap overbodig wordt, omdat er steeds meer boeken van goede kwaliteit op de markt komen zonder dat daar een agent of een traditionele uitgever aan te pas is gekomen.
Tijd om andere woorden te gaan gebruiken
Voor mijn gevoel komt ook een deel van de minachting door het gebruik van verkeerde bewoordingen als het gaat om zelf uitgeven en uitgeverijen.
In het item van Nieuwsuur heeft de verslaggever het bijvoorbeeld over een ‘echte’ uitgeverij. Hoezo echt? Waarom is een traditionele uitgeverij ‘echt’? Is datgene dat ik doe niet echt?
Bisseling heeft het bovendien in zijn artikel over ‘amateur’ schrijvers. Daar word ik echt heel kriebelig van.
Ik heb nooit een traditionele uitgever gehad, maar ik zou mijzelf beslist geen amateur schrijver willen noemen. Ik ben ook al jaren bezig het vak te leren om steeds beter te worden. Dit doe ik met behulp van een schrijfcoach en kritische, maar onderbouwende, redacteuren. Maar ja, zolang ik geen model contract in de wacht sleep, tel ik blijkbaar niet mee.
Nu trek ik me daar niet zo heel veel van aan, want ik blijf toch mijn ding wel doen. Wat mij betreft blijven die traditionele uitgevers, schrijvers en agenten lekker op hun ivoren torens zitten. De uitgeefwereld draait ondertussen wel door, verandert snel en gaat vooruit.
Veel van wat Bisseling in zijn Volkskrant artikel zegt komt neer op, zoals iemand het op de Hangplek voor Nederlandstalige selfpubbers mooi verwoorde, “Literaire nonsens gebonden in arrogantie”.
Ik denk dat de literaire uitgeefwereld veel kan leren van de selfpubwereld. Andersom hebben wij van hen opgestoken dat het leren van een vak belangrijk is.
Zal de manuscriptenstop er voor zorgen dat er geen nieuwe schrijvers meer worden ontdekt? Natuurlijk niet! Want zelf uitgegeven boeken worden beter en beter en degene die beslissen wat goed is of niet zijn uiteindelijk de lezers!
Verder lezen:
- Er mag dan veel bagger op Bol.com staan, maar is een kwaliteitskeurmerk voor zelf uitgegeven boeken de oplossing? Is de keus wat goed is of slecht niet aan de lezer? Kwaliteitskeurmerk voor zelf uitgegeven boeken?
- In een artikel in het Parool worden selfpubbers vergeleken met bestsellers. Maar waarom moeten selfpubbers zo nodig bestsellers zijn om zich te bewijzen? Wat is toch die fascinatie met selfpubben en bestsellers?
Mooi artikel, Maria. Helemaal met je eens!
Dank je wel, Marlies! :)
“Literaire nonsens gebonden in arrogantie”. Dat is verreweg de beste omschrijving van onze Nederlandse literaire wereld. Compliment voor wie dat gezegd heeft. Ik wil er nog aan toevoegen: “Ons kent ons”. Ergo, de literaire wereld is ook een literaire kliek, waarin een select groepje bepaald wie goed genoeg is en wie niet. De lezer is hierbij een te verwaarlozen partij die bij de hand genomen moet worden om te ‘leren’ wat goede smaak eigenlijk is. Mag ik even een bakje?!
Ik snap wel dat ze hun eigen stek verdedigen, maar dit is volgens mij een verloren zaak. Beter zou zijn om te investeren in de toekomst ipv vastklampen aan een verouderd en achterhaald systeem.
Helemaal mee eens. Zegt Bisseling het niet zelf: “Pas als hij echt tevreden is, zal hij zijn manuscript sturen naar een uitgever of agent, waarvan hij er tegen die tijd waarschijnlijk al een aantal kent, juist omdat hij zich heeft verdiept.”
Ik heb de afgelopen maanden weer eens een poging gewaagd om de traditionele uitgeverswereld binnen te komen en heb opnieuw de bevestiging gekregen dat ik dit echt niet wil. Wat een verouderd en loch systeem. Het is een bubbel, die naar mijn idee volkomen het contact met deze moderne maatschappij is verloren, maar nog steeds denkt dat het alles bepaalt. Time to prove them wrong!
Mee eens, Daniëlle! Hoog tijd dat we gaan bewijzen dat het net zo goed zelf kan. Succes! :)
Helemaal mee eens, Eva! Het is een zeer achterhaald systeem en als ze niet snel mee gaan bewegen, dan is het te laat. Maar ja, veranderen is moeilijk en outside the box denken al helemaal.